De mooiste zinnen van Georg Simmel (2007)

Dit is naar mijn smaak het mooiste fragment van Georg Simmel over het voorwerp van studie van de sociologie. Ik heb het ten behoeve van mijn college over Simmel in het najaar van 2007 geprobeerd zo getrouw mogelijk te vertalen. De doorlopende tekst van Simmel deelde ik op in vijf korte stukjes. De vertaling van de slotzinnen van het vierde en het vijfde stukje zijn blauw gemaakt: hier raakt sociale wetenschap aan poëzie.

1.

Im ganzen hat sich die Soziologie eigentlich auf diejenigen gesellschaftlichen Erscheinungen beschränkt, bei denen die wechselwirkenden Kräfte schon aus ihrem unmittelbaren Träger auskristallisiert sind, mindestens zu ideellen Einheiten. Staaten und Gewerkvereine, Priesterschaften und Familienformen, Wirtschaftsverfassungen und Heerwesen, Zünfte und Gemeinden, Klassenbildung und industrielle Arbeitsteilung — diese und die ähnlichen grossen Organe und Systeme scheinen die Gesellschaft auszumachen und den Kreis der Wissenschaft von ihr zu erfüllen. Es liegt auf der Hand, dass, je grösser, bedeutsamer und beherrschender eine soziale Interessenprovinz und Aktionsrichtung ist, um so eher jene Erhebung des unmittelbaren, interindividuellen Lebens und Wirkens zu objektiven Gebilden, zu einer abstrakten Existenz jenseits der einzelnen und primären Prozesse stattfinden wird. Allein dies bedarf nun einer nach zwei Seiten hin wichtigen Ergänzung. 

De sociologie heeft zich over het algemeen eigenlijk tot die sociale verschijnselen beperkt, waarbinnen de interactieve krachten van hun rechtstreekse dragers al helemaal zijn  uitgekristalliseerd tot op zijn minst conceptuele eenheden. Staten en vakverenigingen, religieuze organisaties en gezinsvormen, economische wetgeving en het militaire apparaat, gildes en gemeenten, het ontstaan van klassen en de industriële arbeidsdeling – deze en soortgelijke grote organen en systemen schijnen de samenleving uit te maken en het onderzoeksterrein van de sociologie te vullen. Het ligt voor de hand dat hoe groter,  belangrijker en overheersender een gebied van belangwekkende sociale verschijnselen en handelingen  is, des te eerder het zal worden opgetild vanuit het directe interindividuele leven en werken en naar het niveau van de objectieve formaties, naar een abstract bestaan, dat ver verwijderd is van de individuele en primaire processen. Maar dit alles behoeft een in twee opzichten belangrijke aanvulling. [De hier vertaalde tekst gaat verder over één van die twee aanvullingen, de andere aanvulling komt pas later in het hoofdstuk ter sprake en betreft de kwestie van de relatie tussen sociologie en (sociale) psychologie. BvH]

2.

Es bestehen ausser jenen weithin sichtbaren, ihren Umfang und ihre äussere Wichtigkeit allenthalben aufdrängenden Erscheinungen eine unermessliche Zahl von kleineren, in den einzelnen Fällen geringfügig erscheinenden Beziehungsformen und Wechselwirkungsarten zwischen den Menschen, die aber von diesen einzelnen Fällen in gar nicht abzuschätzender Masse dargeboten werden, und, indem sie sich zwischen die umfassenden, sozusagen offiziellen sozialen Formungen schieben, doch erst die Gesellschaft, wie wir sie kennen, zustandebringen. Die Beschränkung auf jene gleicht der früheren Wissenschaft vom inneren menschlichen Körper, die sich auf die grossen, fest umschriebenen Organe: Herz, Leber, Lunge, Magen usw. beschränkte und die unzähligen, populär nicht benannten oder nicht bekannten Gewebe vernachlässigte, ohne die jene deutlicheren Organe niemals einen lebendigen Leib ergeben würden. (….)

Er bestaan buiten die tot op grote afstand zichtbare verschijnselen, die zich door hun omvang en uiterlijke importantie overal aan ons opdringen, een onmetelijk aantal kleinere, en in sommige gevallen minder belangrijk schijnende relatievormen en interactie-types tussen mensen, die zich in een niet te onderschatten omvang presenteren doordat ze zich tussen de alomvattende en om zo te zeggen officiele sociale vormen schuiven en pas op die manier de samenleving zoals wij die kennen tot stand brengen. Het zich bepeken tot die alomvattende vormen doet denken aan de vroegere wetenschap van het menselijk lichaam, die zich beperkte tot de welomschreven organen, zoals het hart, de lever, de longen, de maag, envozoort en die de talloze, nog niet van een gewone naam voorziene of nog niet bekende weefsels verwaarloosde, zonder welke de duidelijker organen nooit een levend lichaam hadden kunnen opleveren. (….)

3.

Was die wissenschaftliche Fixierung solcher unscheinbaren Sozialformen erschwert, ist zugleich das, was sie für das tiefere Verständnis der Gesellschaft unendlich wichtig macht: dass sie im allgemeinen noch nicht zu festen, überindividuellen Gebilden verfestigt sind, sondern die Gesellschaft gleichsam im status nascens zeigen—natürlich nicht in ihrem überhaupt ersten, historisch unergründbaren Anfang, sondern in demjenigen, der jeden Tag und zu jeder Stunde geschieht; fortwährend knüpft sich und löst sich und knüpft sich von neuem die Vergesellschaftung unter den Menschen, ein ewiges Fliessen und Pulsieren, das die Individuen verkettet, auch wo es nicht zu eigentlichen Organisationen aufsteigt.

Wat het op wetenschappelijke wijze vastleggen van zulke nietige sociale vormen bemoeilijkt, is tegelijk datgene wat ze voor een dieper begrip van de samenleving oneindig belangrijk maakt, namelijk dat ze in het algemeen nog niet tot vaste, bovenindividuele formaties verhard zijn, maar de samenleving als het ware in statu nascens (tijdens het ogenblik van het ter wereld komen) laten zien – natuurlijk niet in hun eerste, historisch niet meer traceerbare begin, maar in de gedaante die zich elke dag en elk uur voordoet. Voortdurend treedt een proces van vermaatschappelijking op onder de mensen, knopen mensen betrekkingen met elkaar aan, maken ze zich weer los van elkaar, knopen ze opnieuw betrekkingen aan, het is een eeuwig vloeien en pulseren dat de individuen aaneen ketent, ook daar waar dit proces niet opstijgt tot het niveau van wat we echte organisaties noemen.

4.

Hier handelt es sich gleichsam um die mikroskopisch-molekularen Vorgänge innerhalb des Menschenmaterials, die aber doch das wirkliche G e s c h e h e n sind, das sich zu jenen makroskopischen, festen Einheiten und Systemen erst zusammenkettet oder hypostasiert. Dass die Menschen sich gegenseitig anblicken, und dass sie aufeinander eifersüchtig sind; dass sie sich Briefe schreiben oder miteinander zu Mittag essen; dass sie sich, ganz jenseits aller greifbaren Interessen sympathisch oder antipathisch berühren; dass die Dankbarkeit der altruistischen Leistung eine unzerreissbar bindende Weiterwirkung bietet; dass einer den andern nach dem Wege fragt und dass sie sich füreinander anzieht und schmücken—all die tausend, von Person zu Person spielenden, momentanen oder dauernden, bewussten oder unbewussten, vorüberfliegenden oder folgenreichen Beziehungen, aus denen diese Beispiele ganz zufällig gewählt sind, knüpfen uns unaufhörlich zusammen.

Het gaat hier als het ware om de microscopisch-moleculaire voorvallen binnen het mensenmateriaal, die het werkelijke gebeuren (in het Duits gespatieerd in eerdere edities, gecursiveerd in latere edities) zijn, waaruit vervolgens macroscopische vaste eenheden en systemen oprijzen in een proces van samenklontering, dat gepaard gaat met een proces van betekenisgeving. Dat mensen over en weer naar elkaar kijken, dat ze jaloers zijn op elkaar, dat ze elkaar brieven schrijven of met elkaar gaan lunchen, dat ze elkaar, los van aanwijsbare belangen, over en weer als sympathiek of als onsympathiek ervaren, dat de dankbaarheid voor een altruistische daad kan resulteren in een onlosmakelijke binding, dat iemand een ander de weg vraagt, dat mensen zich voor elkaar aankleden en opmaken, al die duizenden, van persoon tot persoon spelende, tijdelijke of duurzame, bewuste of onbewuste, voorbijvliegende of consequentierijke betrekkingen, waaruit deze voorbeelden heel toevallig zijn gekozen, verbinden ons ononderbroken met elkaar.

5.

In jedem Augenblick spinnen sich solche Fäden, werden fallen gelassen, wieder aufgenommen, durch andre ersetzt, mit andern verwebt. Hier liegen die, nur der psychologischen Mikroskopie zugängigen Wechselwirkungen zwischen den Atomen der Gesellschaft, die die ganze Zähigkeit und Elastizität, die ganze Buntheit und Einheitlichkeit dieses so deutlichen und so rätselhaften Lebens der Gesellschaft tragen.

Elk ogenblik worden zulke draden gesponnen, laat men ze vallen, worden ze weer opgenomen, door andere vervangen, met andere verweven. Hier liggen de slechts voor de psychologische microscopie toegankelijke wisselwerkingen tussen de atomen van de samenleving, die alle taaiheid en elasticiteit, alle veelkleurigheid en samenhangendheid in zich dragen van dit zo duidelijke en zo raadselachtige leven van de maatschappij.

Georg Simmel, Soziologie. (1908; gebruikt is de tweede druk: München und Leipzig: Duncker & Humblot, 1922), pp. 14-15.